Leerlingen doen en denken mee
De praktijk van: CITAVERDE College (vmbo en mbo) in Horst
vo
interview
Leestijd: 3 minuten
Bij CITAVERDE College (vmbo en mbo) in Horst komt het eigenaarschap voor de ontwikkeling steeds meer bij de leerling te liggen. Dat betekent ook dat ze steeds meer invloed krijgen op het onderwijs en de school. Dat heeft ook consequenties voor de docenten. Zij gaan op een open manier het gesprek aan met de leerlingen.
Je mag niet rennen in de gang. Je mag niet eten in het lokaal. Je mag niet dit, je mag niet dat. Veel scholen hebben dergelijke regels. Ook CITAVERDE. Maar de leerlingen werken aan nieuwe afspraken. Positief geformuleerde schoolwaarden. ‘We willen een veilige, maar ook leuke school zijn’, zegt Tygo Craenmehr, 3e-jaars leerling en lid van de leerlingenraad. ‘Positieve afspraken helpen daarbij: wat zien we graag in plaats van wat mag niet. We zijn er nu mee bezig.’
Dialoog in plaats van zenden
Het is een van de kwesties waarover de leerlingenraad zich buigt. De leerlingenraad is ook bezig met een pauzeplan – hoe zorgen we er samen voor dat de aula netjes blijft? - en denkt mee over andersoortige oudergesprekken. ‘Dat is nu eenrichtingsverkeer: de docent vertelt, de ouders luisteren’, zegt wiskundedocent Claudie de Wit. ‘We willen er graag een dialoog van maken waarin de ontwikkeling van de leerling centraal staat. Leerlingen spelen daarin een belangrijke rol, ze kunnen het gesprek bijvoorbeeld voorbereiden en voorzitten. Ze doen en denken met ons mee zodat het een gezamenlijk gedragen plan wordt.’
Docenten veranderen mee
Dat leerlingen meer invloed krijgen, heeft consequenties voor de lessen van de docenten. ‘We willen dat de leerlingen eigenaar worden van hun eigen leerproces’, vertelt Manon Diels, een coördinator van het project Veranderende Leerling, Veranderende Docent binnen de school. ‘Daarom stimuleren we docenten om de les interactief te maken. Bijvoorbeeld door leerlingen tussentijds een opdracht te geven over de stof of een leerling te vragen om uit te leggen wat net verteld is. Zo kom je erachter of extra uitleg nodig is. Het gaat niet alleen om prestaties, maar steeds meer om de vaardigheden van leerlingen om tot die prestaties te komen.’ Manon ondersteunt docenten daarbij, ze observeert in de klas en bespreekt met de docent wat haar opvalt. ‘Inmiddels kijken docenten ook bij elkaar, ze kunnen veel van elkaar leren. Feedback geven wordt steeds vanzelfsprekender op school.’
‘We stimuleren docenten om de les interactief te maken’
Manon Diels, coördinator van het project 'Veranderende Leerling, Veranderende Docent' binnen CITAVERDE College in Horst
Leerlingen helpen elkaar
Niet alleen docenten leren van elkaar, ook leerlingen leren van elkaar. ‘Soms is het fijner dat een leerling het uitlegt dan de docent’, aldus Pressilla Mulders, ook 3e-jaars leerling en lid van de leerlingenraad. ‘De leerling legt het misschien net anders uit, waardoor je het wél snapt.’ Claudie: ‘Ik ruim er bewust tijd voor in. Soms vormen leerlingen zelf duo’s, soms zet ik leerlingen samen omdat ik denk dat ze elkaar verder kunnen helpen. Ik stimuleer de onderlinge samenwerking.’ Dat geldt nog niet voor alle docenten, aldus Tygo. ‘Sommigen zeggen: ik geef al zo lang op deze manier les. Het is altijd goed gegaan, ik ga dat niet veranderen.’
Docenten luisteren
Maar leerlingen willen graag op een andere manier les. En de school ziet het ook graag anders. ‘In onze klas had bijna iedereen een goed punt voor biologie’, geeft Pressilla een voorbeeld. ‘Een jaar later had bijna iedereen een onvoldoende. De docent gebruikte een lesvideo om de stof uit te leggen. Dat werkte niet voor ons. We hebben haar gevraagd om het zelf uit te leggen, dan kunnen we ook makkelijker vragen stellen. Met de online lessen is ze dat gaan doen. Dat werkt beter.’
Praten mét de leerlingen
Ook Claudie laat leerlingen graag meedenken. ‘Ik had een klas waar de leerlingen fel op elkaar reageerden. Ik ben met hen in gesprek gegaan. Waar komt dat gedrag vandaan? Bleek dat de leerlingen het ook niet fijn vonden dat ze elkaar continu bij de haren hadden. We hebben samen gedragsafspraken gemaakt. Daar spreken we elkaar op aan. Het gaat nu al een stuk beter. Er open over praten helpt.’ Manon vindt het een mooie ontwikkeling. ‘We praten op school steeds meer mét de leerlingen dan óver de leerlingen. Daardoor wordt het voor hen ook laagdrempeliger om zaken te bespreken. We zijn er nog lang niet, maar maken wel stappen in de goede richting.’